Geplaatst op Geef een reactie

Het verhaal van de vermiste sleutel

Emotieregulatie en narcisme

Kleine Beer zat rustig in Huisje Daar toen Harde Beer plotseling boos binnenstormde. Zijn snuit stond op onweer en zijn poten balden zich tot vuisten.

“Kleine Beer, het is vreselijk!” riep Harde Beer dramatisch.

Emotieregulatie en narcisme

 

Kleine Beer schrok op. “Wat is er, Harde Beer?”

“Ik ben mijn sleutel kwijt! Mijn sleutel van mijn kist met belangrijke spullen! Dit is echt een ramp!” Harde Beer sloeg met zijn poot op tafel.

Kleine Beer keek bezorgd. “Oh nee… waar heb je hem voor het laatst gezien?”

“Als ik dat wist, zou hij niet kwijt zijn!” brulde Harde Beer. “En nu voel ik me vreselijk! Dit is zo oneerlijk! Ik word hier gek van!”

Kleine Beer voelde hoe de woede van Harde Beer als een donderwolk over hem heen kwam. Hij wilde helpen, maar hij wist niet hoe. Hij had die sleutel niet kwijtgemaakt, en hij kon hem ook niet zomaar terugvinden.

“Misschien kunnen we samen zoeken?” probeerde Kleine Beer voorzichtig.

“Dat helpt toch niet!” snauwde Harde Beer. “Ik weet zeker dat iemand hem heeft gepakt! Misschien heb jij hem wel per ongeluk ergens neergelegd!”

Kleine Beer voelde zich ongemakkelijk. “Nee, ik heb hem niet gezien, Harde Beer…”

“Nou, ik voel me gewoon rot, en ik weet niet wat ik ermee moet!” Harde Beer plofte neer op een stoel en zuchtte diep.

Kleine Beer wist even niet wat te zeggen. Hij wilde iets doen, maar hij kon het probleem niet oplossen. En al die frustratie van Harde Beer voelde zwaar.

Later, in Huisje Hier, vertelde Kleine Beer aan Zachte Beer wat er gebeurd was.

“Harde Beer was zo boos, en hij maakte het mijn probleem. Maar ik kon er niks aan doen,” zei Kleine Beer zacht.

Zachte Beer knikte begrijpend. “Soms, Kleine Beer, als iemand zich erg gefrustreerd voelt, gooien ze dat op anderen. Maar dat betekent niet dat jij het moet dragen. Jij bent niet verantwoordelijk voor Harde Beers gevoel.”

Kleine Beer dacht na. “Maar wat moet ik dan doen als hij zo doet?”

“Je mag luisteren en aardig zijn, maar je hoeft het niet op te lossen. Soms moet iemand zelf leren omgaan met zijn eigen gevoel,” zei Zachte Beer.

Kleine Beer voelde zich opgelucht. De volgende keer zou hij zichzelf niet zo schuldig laten voelen als Harde Beer boos was. En misschien, als Harde Beer gekalmeerd was, zou hij zijn sleutel vanzelf weer vinden.

Geplaatst op Geef een reactie

Het verhaal van de overbodige wedstrijd

Het was een zonnige dag in het bos. De vogels floten en de bladeren ritselden zachtjes in de wind. Vandaag was een speciale dag, want Harde Beer had een wedstrijd georganiseerd.

“Luister goed!” zei Harde Beer streng. “Vandaag gaan jullie rennen, klimmen en springen. De sterkste en snelste wint!”

Kleine Beer en Reuze Beer keken elkaar aan. Kleine Beer vond rennen en springen leuk, maar hij wilde helemaal niet per se winnen. Reuze Beer knikte vastberaden. Hij wilde bewijzen dat hij groot en sterk was.

De wedstrijd begint

“Op je plaatsen… klaar… af!” riep Harde Beer.

Reuze Beer schoot vooruit. Hij rende zo snel als hij kon over het bospad. Kleine Beer deed ook zijn best, maar hij genoot meer van de wind die door zijn vacht waaide en de blaadjes die knisperden onder zijn pootjes.

 

Bij de eerste hindernis, een grote boomstam, sprong Kleine Beer er soepel overheen. Reuze Beer sprong ook, maar hij schatte de afstand verkeerd en struikelde.

“Sta op! Je bent groot, je moet winnen!” riep Harde Beer ongeduldig.

Reuze Beer krabbelde overeind, maar hij voelde de druk. Wat als hij niet won? Wat als Harde Beer hem dan zwak zou vinden?

Een onverwachte wending

Bij de klim naar een hoge rotsrand was Kleine Beer eerst boven. Hij keek achterom en zag dat Reuze Beer moeite had met de grip op de gladde stenen.

“Kom op, Reuze Beer!” riep Kleine Beer vrolijk. “Je kunt het!”

Reuze Beer keek verbaasd. Kleine Beer was zijn tegenstander, toch? Waarom moedigde hij hem dan aan?

Langzaam klom hij verder, met Kleine Beer die hem tips gaf: “Zet je poot hier… en duw je af daar!”

Samen bereikten ze de top. Zachte Beer stond daar al te wachten en glimlachte trots. “Wat een geweldig teamwork!”

De uitslag

Beneden stond Harde Beer met zijn poten over elkaar. “Wat een zwakke wedstrijd,” bromde hij. “Reuze Beer, je bent groot en sterk! Waarom heb je niet gewonnen? Kleine Beer heeft je zelfs geholpen!”

Reuze Beer keek naar de grond. Hij voelde zich even klein, ondanks zijn grote lijf.

Kleine Beer keek naar Harde Beer en toen naar zijn broer. “Maar het was leuk,” zei hij. “En we hebben samen een mooie wedstrijd gehad.”

Zachte Beer knikte. “Soms is samen sterker dan alleen maar groot zijn.”

Reuze Beer glimlachte en sloeg een poot om Kleine Beer heen. “Volgende keer doen we gewoon weer samen,” zei hij.

En zo liepen ze samen verder, lachend, zonder winnaars of verliezers—alleen twee broers die plezier hadden.

Geplaatst op Geef een reactie

Het verhaal van samen bouwen

Kleine Beer zat op de vloer van Huisje Hier, omringd door een berg blokken. Hij stapelde ze zorgvuldig op elkaar, zijn tong een beetje uit zijn mond van concentratie. Reuze Beer, zijn grote broer, zat een stukje verder en werkte aan zijn eigen bouwproject. Hij maakte een indrukwekkende toren met bruggen en poortjes.

“Wat bouwen jullie mooi!” zei Zachte Beer, die even binnen was gekomen. “Jullie zijn allebei zo creatief.”

Kleine Beer glimlachte trots en keek op naar Reuze Beer. Maar voordat Reuze Beer iets kon zeggen, klonk de stem van Harde Beer.

“Kleine Beer, dat is een prachtige toren!” zei hij luid. “Jij bouwt echt goed. Wat een doorzetter ben jij.”

Kleine Beer voelde zich warm vanbinnen, maar toen keek hij naar Reuze Beer. Zijn grote broer had ook iets moois gebouwd, maar Harde Beer zei er niets over.

Reuze Beer keek op en trok een wenkbrauw op. “En mijn toren dan?” vroeg hij. “Ik heb ook hard gewerkt.”

Harde Beer snoof en zette zijn poten stevig op de grond. “Op jouw leeftijd bouwde ik véél hoger en beter,” gromde hij. “Jij kan toch niks.” Zijn stem was scherp en zwaar.

Kleine Beer voelde zijn buik samenknijpen. Hij zag hoe Reuze Beer zijn oren een beetje liet hangen. Zijn grote broer keek weg, alsof hij zich ineens veel kleiner voelde.

Kleine Beer stond op en liep naar Reuze Beer toe. Hij raakte voorzichtig zijn poot aan. “Jouw toren is ook heel mooi,” zei hij zacht. “Wil je samen bouwen? Gewoon voor het plezier?”

Reuze Beer keek op en glimlachte flauwtjes. “Samen bouwen?” vroeg hij.

Kleine Beer knikte enthousiast. “Ja! Dan maken we de grootste en mooiste toren ooit. Niet om te winnen, maar gewoon omdat het leuk is.”

Reuze Beer keek naar zijn toren, toen naar die van Kleine Beer, en knikte. “Dat klinkt goed.”

Samen begonnen ze de blokken op elkaar te zetten, bruggen te maken en een grote ingang te bouwen. Zachte Beer keek tevreden toe.

Harde Beer keek even op, maar zei niets. Hij bromde iets onverstaanbaars en liep naar buiten.

Binnen lachten Kleine Beer en Reuze Beer terwijl hun toren groeide. En deze keer ging het niet om wie het beste was, maar gewoon om samen iets moois te maken.

Geplaatst op Geef een reactie

Het verhaal van de gezinswandeling

Harde Beer heeft een nieuwe vriendin, Gloria Beer. En die heeft een dochtertje, Nova Beer. Gloria Beer zegt: “Het is zo mooi weer, laten we gaan wandelen!”

Een beetje later vertrekken ze allemaal: Kleine Beer, Harde Beer, Gloria Beer en Nova Beer maken, richting het bos. De zon schijnt door de bladeren en vogels zingen vrolijk. Kleine Beer vindt het fijn om buiten te zijn.

“Nova Beer, wat wandel jij toch flink!” zegt Gloria Beer trots. “Jij bent echt een doorzettertje.”

Harde Beer knikt. “Inderdaad! Kijk eens hoe goed Nova Beer het doet!”

Nova Beer lacht blij en huppelt nog een stukje verder.

Kleine Beer wandelt ook dapper door. Hij voelt zijn pootjes een beetje moe worden, maar hij zegt niets. Hij heeft ook flink gewandeld, toch?

“Harde Beer, ik heb ook goed gewandeld, hè?” vraagt Kleine Beer voorzichtig.

Harde Beer kijkt kort opzij en haalt zijn schouders op. “Jij bent al groot, Kleine Beer. Dat hoort zo.”

Kleine Beer voelt iets knagen in zijn buik. Maar… hij vindt het óók fijn om te horen dat hij iets goed doet. Waarom krijgt Nova Beer wel een compliment en hij niet?

Gloria Beer leunt iets dichter naar hem toe en fluistert: “Harde Beer bedoelt dat goed hoor, jij moet gewoon niet zo hengelen achter complimentjes.”

Kleine Beer knikt stilletjes, maar vanbinnen voelt het niet eerlijk. Hij vraagt zich af waarom hij altijd zo flink moet zijn, terwijl anderen wél mogen horen dat ze iets goed doen.

Een paar dagen later, als Kleine Beer thuis is bij Zachte Beer, vertelt hij over zijn gevoel.

“Het voelde niet fijn,” zegt Kleine Beer zachtjes. “Ik had het gevoel dat ik onzichtbaar was.”

Zachte Beer trekt hem in een warme knuffel. “Je gevoelens zijn belangrijk, Kleine Beer. Iedereen heeft weleens behoefte aan waardering, ook jij. Dat is heel normaal.”

Kleine Beer knikt langzaam.

“En weet je wat?” zegt Zachte Beer. “Ik zag je vanochtend vertrekken en ik weet hoe flink je gewandeld hebt. Ik ben trots op jou.”

Kleine Beer voelt iets warms in zijn buik. Hij glimlacht. Misschien had Harde Beer het niet gezegd, maar gelukkig wist Zachte Beer precies wat hij nodig had.

Geplaatst op Geef een reactie

Het verhaal van de laatste valentijn

Het verhaal van de laatste valentijn

Zachte Beer had haar best gedaan. De tafel was prachtig gedekt met een wit kleed, zachte kaarsjes flakkerden in het schemerlicht en de geur van versgebakken brood vulde de kamer. Ze had een heerlijke maaltijd gemaakt: warme groentesoep, versgebakken brood met honing en een stuk frambozentaart als toetje. Dit was een avond om iets bijzonders te vieren. Een avond om stil te staan bij elkaar.

Toen Harde Beer binnenkwam, keek hij vluchtig naar de tafel en plofte neer op zijn stoel. “Eindelijk eten,” mompelde hij terwijl hij zijn bord vol schepte, zonder echt rond te kijken.

Zachte Beer glimlachte naar hem, hoopvol. “Ik dacht dat het fijn zou zijn om een speciale avond samen te hebben,” zei ze zacht.

Harde Beer haalde zijn schouders op en pakte zijn lepel. “Al dat gedoe met Valentijn… onzin toch? Liefde laat je niet zien met een diner.” Hij nam een hap soep en pakte vervolgens zijn telefoon, scrollend door berichten.

Zachte Beer keek naar hem, haar glimlach vervaagde langzaam. “Het gaat niet alleen om het diner, Harde Beer. Het gaat om aandacht voor elkaar, even echt samen zijn.”

Harde Beer bromde iets onverstaanbaars en lachte om iets wat hij op zijn scherm zag. Hij reageerde op een bericht en schudde zijn hoofd. “Ja, ja, gezellig hoor,” mompelde hij, zonder op te kijken.

Zachte Beer nam een slok van haar thee en keek naar de flikkerende kaarsen. Ze had zich deze avond anders voorgesteld. Ze had gedacht dat ze samen zouden praten, herinneringen zouden ophalen, misschien zelfs een beetje lachen. Maar Harde Beer leek niet eens te merken hoe veel moeite ze had gedaan.

“Als je liefde niet laat zien, hoe weet iemand dan dat het er is?” vroeg ze zacht, haar stem warm maar doordringend.

Harde Beer keek even op en trok een wenkbrauw op. “Jij weet toch wel dat ik hier ben? Dat is toch genoeg?”

Zachte Beer glimlachte zwakjes. “Aanwezig zijn is niet hetzelfde als er écht zijn, Harde Beer.”

Harde Beer zuchtte, legde zijn telefoon weg en at verder zonder iets te zeggen.

De stilte vulde de ruimte. Zachte Beer at een paar happen, maar het smaakte haar minder dan ze had gehoopt. Dit had een avond moeten zijn waarop ze dichter bij elkaar kwamen, maar in plaats daarvan voelde de afstand tussen hen groter dan ooit.

Toen Harde Beer zijn laatste hap had genomen, schoof hij zijn bord van zich af en leunde achterover.

“Misschien kunnen we samen de afwas doen,” stelde Zachte Beer voorzichtig voor. “Dan kunnen we even bijpraten over onze dag.”

Harde Beer keek haar aan alsof ze iets vreemds had gezegd. “Serieus? Ik heb al een hele dag gewerkt, Zachte Beer. Daar heb ik echt geen zin in.”

 

Hij stond op, pakte zijn telefoon en liep zonder nog iets te zeggen de kamer uit.

Zachte Beer bleef achter. Ze keek naar de tafel, naar de lege borden en de uitgebrande kaarsen. Ze wist niet waarom ze had gehoopt dat het anders zou zijn.

Zonder een woord te zeggen, begon ze de borden op te stapelen en naar de keuken te dragen. Ze zette de kraan aan en liet het warme water over haar poten stromen.

Ze zette een rustig muziekje op, iets zachts, iets vertrouwds.

En terwijl de damp van het afwaswater opstoomde en het geluid van het stromende water de stilte vulde, voelde ze een enkele traan over haar kaak rollen.

Kleine Beer lag in zijn bed, maar hij kon niet slapen. Vanuit zijn kamertje in Huisje Hier had hij alles gehoord. De stem van Zachte Beer, hoopvol en vriendelijk. De stem van Harde Beer, kortaf en ongeïnteresseerd. En daarna… stilte.

Voorzichtig kroop hij uit bed en liep op zijn tenen naar de keuken. Hij keek om het hoekje en zag Zachte Beer bij de gootsteen staan. Ze deed de afwas, terwijl het warme licht van de kaarsjes om haar heen flakkerde. Kleine Beer zag de eenzame traan die langzaam over haar wang gleed.

Zijn hartje kneep samen. Hij had Zachte Beer nog nooit zo stil en verdrietig gezien.

Zachte Beer hoorde hem niet toen hij dichterbij kwam. Pas toen hij zachtjes aan haar poot trok, draaide ze zich verrast om.

“Kleine Beer, wat doe jij nog op?” vroeg ze met een zachte stem, terwijl ze haar tranen snel wegveegde.

“Ik hoorde alles,” fluisterde Kleine Beer. “Ik hoorde wat Harde Beer zei.”

Zachte Beer opende haar mond om iets te zeggen, maar sloot hem weer.

Kleine Beer pakte haar poot stevig vast. “Waarom doet Harde Beer zo?” vroeg hij. “Je had zo je best gedaan…”

Zachte Beer glimlachte zwakjes en streek met haar vrije poot over zijn kopje. “Soms, Kleine Beer, zien sommige beren niet hoeveel liefde er in kleine dingen zit. Ze denken dat aanwezig zijn genoeg is, zonder echt te kijken of te luisteren.”

“Dat is niet eerlijk.”

Zachte Beer haalde diep adem en knikte. “Nee, dat is het niet.”

Kleine Beer twijfelde even en vroeg toen: “Ben je boos op hem?”

Zachte Beer keek naar de kaarsjes en schudde haar hoofd. “Nee, ik ben niet boos. Ik ben gewoon… verdrietig.”

Kleine Beer kroop op een stoel en sloeg zijn kleine pootjes om haar heen. “Ik vind dat je het heel mooi had gemaakt, Zachte Beer. Ik vond het speciaal.”

Zachte Beer voelde hoe haar hart warm werd van de omhelzing. Ze sloot haar armen om Kleine Beer heen en drukte haar snuit tegen zijn zachte vacht.

“Dank je, Kleine Beer,” fluisterde ze.

Ze bleven zo even zitten, gewoon samen, zonder woorden.

Toen sprong Kleine Beer van de stoel en pakte een doekje. “Ik ga helpen met afdrogen,” zei hij vastberaden.

Zachte Beer lachte zacht en gaf hem een bord aan. “Dat lijkt me een prachtig idee.”

Samen maakten ze de keuken schoon, terwijl de kaarsjes langzaam verder brandden. De afwas was misschien niet bijzonder, maar het moment samen was dat wel.

Geplaatst op Geef een reactie

Het verhaal van de honingpot

Harde Beer wordt boos

De verdwenen honingpot

Harde Beer wordt boos

In Huisje Hier wonen Zachte Beer, Harde Beer en Kleine Beer samen. Het is een gewone ochtend en de zon schijnt door het raam terwijl Kleine Beer aan de tafel zit met een kommetje havermout.

“Waar is mijn honingpot?!” brult Harde Beer plotseling vanuit de keuken.

Kleine Beer schrikt en kijkt naar Zachte Beer, die rustig zijn thee inschenkt.

“Welke honingpot bedoel je, Harde Beer?” vraagt Zachte Beer kalm.

“De grote! De lekkerste! Ik had hem gisteren nog!” Harde Beer loopt stampvoetend de kamer in en kijkt beschuldigend rond. “Iemand heeft hem weggehaald!”

Kleine Beer schuift ongemakkelijk op zijn stoel. Hij vindt het niet fijn als Harde Beer zo boos is.

“Misschien hebben we hem al opgemaakt?” stelt Zachte Beer voor.

“Onzin!” snauwt Harde Beer. “Jij ruimt altijd alles op! Wedden dat jij hem ergens hebt verstopt?”

Kleine Beer kijkt gespannen naar Zachte Beer. Hij weet dat Zachte Beer nooit dingen zomaar verstopt.

“Ik verstop niets, Harde Beer,” zegt Zachte Beer geduldig. “Misschien kunnen we samen even kijken?”

“Ik weet al genoeg!” gromt Harde Beer. “Jij doet altijd zo verstandig, maar ondertussen haal je gewoon mijn spullen weg!”

Kleine Beer krimpt in elkaar en kijkt naar Zachte Beer, die even naar hem knipoogt.

“Kom, Kleine Beer,” zegt Zachte Beer zachtjes. “Wil je me helpen met de was opvouwen?”

Kleine Beer knikt opgelucht en volgt Zachte Beer naar een andere kamer, weg van het boze gestamp van Harde Beer. Terwijl ze samen de handdoeken vouwen, hoort Kleine Beer Harde Beer nog steeds mopperen.

“Waarom is Harde Beer zo boos?” fluistert Kleine Beer.

Zachte Beer zucht en strijkt een vouw glad. “Soms, Kleine Beer, worden beren boos om kleine dingen, vooral als ze denken dat ze de controle verliezen. Maar dat is niet jouw schuld.”

Kleine Beer knikt. Hij voelt zich veiliger bij Zachte Beer.

Even later klinkt een harde plof vanuit de keuken.

“Ah, hier is mijn honingpot!” bromt Harde Beer.

Zachte Beer en Kleine Beer kijken de keuken in en zien de honingpot achter een stapel borden staan.

Kleine Beer kijkt naar Zachte Beer, die niet boos of triomfantelijk kijkt, alleen maar zacht glimlacht.

Harde Beer schraapt zijn keel. “Nou, dan eet ik nu mijn honing.”

Kleine Beer kijkt naar Zachte Beer. “Hij zegt geen sorry,” fluistert hij.

Zachte Beer knikt. “Sommige beren zeggen niet snel sorry. Maar wij weten hoe het echt zat, toch?”

Kleine Beer glimlacht en vouwt de laatste handdoek op. Hij weet dat hij veilig is bij Zachte Beer, zelfs als Harde Beer moppert over honing.

Geplaatst op Geef een reactie

Het verhaal van de nieuwe hobby

Narcistische beer golft

Kleine Beer zit in Huisje Daar met Harde Beer. Het is een zonnige dag, en Harde Beer lijkt opgewonden.

“Kleine Beer, ik heb iets nieuws voor ons!” zegt Harde Beer enthousiast.

Kleine Beer kijkt nieuwsgierig op. “Wat is het, Harde Beer?”

“We gaan een nieuwe hobby beginnen. We gaan golfen!” Harde Beer houdt een glimmende nieuwe golfclub omhoog en wijst naar een set golfballen in een tas.

Kleine Beer kijkt verbaasd. “Maar Harde Beer, ik heb nog nooit gegolfd.”

“Dat maakt niet uit, Kleine! Ik zal je alles leren. Golf is geweldig. Het is niet alleen leuk, maar we komen er ook interessante mensen tegen.” Harde Beer kijkt trots naar de golfuitrusting.

Ze gaan naar een prachtige golfbaan. Harde Beer legt alles uit en laat zien hoe hij de golfclub vasthoudt en de bal slaat. Hij straalt zelfvertrouwen uit en pronkt met zijn vaardigheden.

Kleine Beer probeert het ook, maar het blijkt moeilijker dan het lijkt. Hij mist de bal een paar keer en raakt gefrustreerd.

Narcistische beer golft

“Probeer het nog eens, Kleine! Kijk hoe goed ik het doe.” Harde Beer slaat nog een keer en de bal vliegt ver weg.

Kleine Beer voelt zich een beetje ongemakkelijk. “Ik weet niet zeker of ik dit leuk vind, Harde Beer.”

“Jawel, dat komt wel. Golfen is goed. Het is goed dat we hier vrienden mee maken! We zullen indruk maken op iedereen.” Harde Beer knikt naar een paar andere dieren die toekijken.

Kleine Beer probeert het opnieuw, maar zonder veel succes. Hij zucht en kijkt naar Harde Beer, die met anderen staat te praten.

Een tijdje later, terug in Huisje Hier, is Kleine Beer bij Zachte Beer.

“Hoe was het bij Harde Beer? Hebben jullie leuke dingen gedaan, Kleine Beer?” vraagt Zachte Beer zachtjes.

Kleine Beer vertelt over het golfen en hoe Harde Beer hem aanmoedigde om het te doen, zelfs als hij het niet leuk vond. “Harde Beer zei dat het belangrijk is om te kunnen golfen en er nieuwe vrienden te maken.”

Zachte Beer glimlacht begripvol. “Het is goed om nieuwe dingen te proberen, maar soms duurt het even voor je er goed in bent. Het is wel belangrijk dat jij je amuseert, wat anderen er van denken is niet zo belangrijk.”

Kleine Beer knikt langzaam. “Ik vond het niet leuk om te golfen, Zachte Beer. Ik voel me beter als ik dingen doe die ik echt leuk vind.”

“Ga dan nog maar even basketten, is dat goed?”

Kleine Beer vertrekt met een vaart, op zoek naar zijn basketbal. Zachte Beer hoort nog net een ‘Jeej’ als de deur toevliegt.

Helpende vragen

Grenzen aangeven:

  1. Heb je het gevoel dat Harde Beer goed geluisterd heeft naar hoe Kleine Beer zich voelde?
  2. Denk je dat het gezond is om een hobby te doen alleen maar om anderen te imponeren? Waarom wel of niet?
  3. Hoe belangrijk vind jij het dat je plezier hebt in wat je doet, in plaats van goed te zijn in iets?

Zelfinzicht:

  1. Waarom denk je dat Harde Beer zo graag wilde gaan golfen als nieuwe hobby?
  2. Hoe Heb je ooit een nieuwe hobby geprobeerd waar je niet echt van genoot? Hoe voelde dat?
  3. Wat zou er gebeuren als Kleine Beer eerlijk zei dat hij niet van golf houdt? Hoe zou Harde Beer reageren?
  4. Denk je dat het belangrijk is om dingen te proberen omdat anderen denken dat het goed voor je is? Waarom wel of niet?

Emotionele veerkracht:

  1. Hoe voelde Kleine Beer zich toen hij golf probeerde maar er niet goed in was?
  2. Wat zou jij doen als je iets probeert en het lukt niet meteen? Hoe zou je je voelen?
  3. Wat vind je van de manier waarop Zachte Beer reageerde op Kleine Beer’s ervaring met golf? Hoe zou jij je voelen als iemand je aanmoedigt om te doen wat je leuk vindt?
Geplaatst op Geef een reactie

Het verhaal van het museum

Beren in het museum

Kleine Beer en Harde Beer gaan samen naar het museum. Ze maken er een dagje van, Harde Beer wilt graag gaan kijken naar een nieuwe tentoonstelling. Kleine Beer is erg benieuwd, hij is nog nooit naar een tentoonstelling in een museum geweest.

Ze lopen samen het mooie, grote gebouw binnen, langs een enorme poort. Kleine Beer is een beetje onder de indruk. Wat een hal! Het is duidelijk een heel groot museum.

“Goed, Kleine, volg me, dan gaan we naar de schilderijen kijken!” geeft Harde Beer instructie.

Kleine Beer geeft hem een stevig pootje en Harde Beer loopt met hem een lange gang met beelden door. Ze blinken. Kleine Beer denkt bij zichzelf “Die worden mooi gepoetst, die zullen niet snel kapot gaan.” Hij gniffelt bij zichzelf en denkt even aan Zachte Beer.

Ze komen aan in een grote kamer, met overal waar je kijkt schilderijen. Grote en kleine schilderijen door elkaar, sommigen met dieren op, sommige met landschappen en nog anderen met vreemde figuren. Er zijn er hele kleurrijke bij, met de felste kleuren die Kleine Beer zich kan bedenken en anderen lijken wel in één kleur geschilderd.

Er is zoveel om naar te kijken, maar Harde Beer doet teken om hem te volgen en gaat naar één klein schilderijtje. Hij gaat op een afstandje staan en kijkt heel intens naar dat schilderij. Kleine Beer kan er niets van maken, het is een beetje een vreemd schilderij, met allemaal gekleurde vlakken die niet echt iets voorstellen.

Hij kijkt vragend naar Harde Beer.

“Dit is nu kunst, Kleine. Zie je die lijnen, de kleuren die de kunstenaar gebruikt heeft? Is het niet prachtig?”.  Harde Beer is enthousiast, Kleine Beer merkt het aan alles.

“Wat zie jij erin, Kleine?” vraagt Harde Beer.

 

Beren in het museum

Kleine Beer denkt hard na. Hij vindt het niet echt een mooi schilderij en weet niet goed wat hij moet zeggen. Harde Beer is er zo enthousiast over. “Ik weet het niet zo goed. De kleuren zijn wel mooi.”

“Ja he, ze zijn prachtig! Ik vind het geweldig mooi! Het schilderij lijkt me een heel verhaal te vertellen.” Harde Beer gaat wat dichter bij het schilderij staan en bekijkt het weer intens.

Kleine Beer begint naar andere schilderijen te kijken en ziet er enkele die hij echt mooi vindt. “Ik ga even naar die schilderijen kijken, is dat goed Harde Beer?” vraagt hij , wijzend naar wat hij wil gaan bekijken. “ Ja hoor, is goed”.

Kleine Beer gaat de kamer rond, hij is blij dat ze samen naar het museum zijn gekomen. Hij kan zien dat Harde Beer geniet van al die mooie kunstwerken. Als Kleine Beer alle schilderijen in de kamer heeft bekeken, gaat hij terug naar Harde Beer. Die staat nog steeds aan het kleine schilderijtje. “Ben je daar weer?”

“Ja hoor, Harde Beer, ik vind het een leuk museum!”

“Ja he. Ik blijf fan van dit werkje. Het is zo groot, ook al is het maar klein.”

Kleine Beer snapt er niet veel van. Hij is nog klein, het zal daar wel aan liggen.

“Gaan we buiten picknicken, Harde Beer? Ik krijg een beetje honger.”

“Goed dan, Kleine.” En ze wandelen samen het museum uit en gaan picnicken op een bankje.

Kleine Beer heeft ervan genoten, het museum was prachtig, maar hij mistte Harde Beer wel een beetje doorheen de dag. Maar ook Harde Beer had genoten. Een fijne dag!

Geplaatst op Geef een reactie

Het verhaal van de puzzel

Puzzel

Kleine Beer is aan de keukentafel aan het puzzelen in Huisje Daar. Het is een rustige dag, het is stil om hem heen. Het is fijn om rustig te kunnen puzzelen.

Het is een leuke puzzel, met veel stukjes. Hij heeft de puzzel gekregen van Harde Beer, de puzzel is een foto van zij met twee, die ridder aan het spelen zijn. Wat was dat een leuk moment! Het toont harde beer die met zijn zwaard zwaait en kleine beer die lachend wegloopt met zijn schild. Wat hebben ze gelachen die dag.Kleine beer vindt het erg leuk om naar te kijken en kan niet wachten tot de puzzel is gelegd. 

Harde Beer komt kijken. “Wat ben je aan het doen, Kleine?” 

“Ik ben de puzzel aan het maken die jij me gaf, Harde Beer.  Leuk he!” Glundert Kleine Beer.

“Da’s goed, Kleine. Ik ga je helpen.” bromt Harde Beer.

 

Puzzel

Harde Beer zet zich mee aan de tafel en pakt een stukje en legt het in de puzzel. 

“Goed gedaan, Harde Beer!”

Harde Beer neemt nog een stukje en legt het opnieuw in de puzzel. En nog een stukje.

Kleine Beer ook wilt verder puzzelen, maar Harde Beer neemt het puzzelstukje uit zijn handen en legt het op zijn plaats in de puzzel. “Dat kan hier.” hoort hij Harde Beer mompelen.

“Harde Beer, mag ik ook nog een stukje leggen?” vraagt Kleine Beer terwijl hij een nieuw stukje neemt. Het is het stukje met het zwaard van Harde Beer. Het lijkt alsof Harde Beer een beetje in zijn eigen hoofd zit en Kleine Beer niet echt hoort.

Harde Beer blijft naarstig puzzelen, maar kleine beer vindt het niet meer zo leuk en laat Harde Beer rustig genieten van de puzzel. Hij gaat rustig in zijn kamer spelen. Iedereen mag eventjes doen wat hij leuk vindt.

Hij zal een volgende keer wel in Huisje Hier puzzelen.

Geplaatst op Geef een reactie

Het verhaal van de nieuwe step

Het verhaal van de nieuwe step

Kleine Beer houdt van steppen. Hij wil dolgraag een nieuwe step! Hij ziet samen met Harde Beer een mooie step staan in de winkel. Helaas is de nieuwe step ook een beetje duur. Het is zeker niet de duurste uit de winkel, maar toch.

Harde Beer zegt nee tegen de mooie step.

“Kleine, daar moet je nu toch je centjes niet aan geven.” Kleine Beer vindt het een beetje jammer, maar ja! Je kan niet alles krijgen wat je wilt.

Kleine Beer en Harde Beer lopen verder door de winkel en opeens blijft Harde Beer staan. Harde Beer ziet de grootste en stoerste step staan van de hele winkel. De step blinkt en heeft een mooie grote toeter. De step is ook de duurste van de winkel!

Het verhaal van de nieuwe step

Harde Beer bewondert de step, kijkt er uitgebreid naar, neemt de handvaten vast en probeert de step uit. Ja, dit is een step die bij hem past. Zijn ogen fonkelen en hij voelt zich geweldig.

Harde Beer twijfelt geen moment en koopt die mooie dure step voor zichzelf! Hij let even helemaal niet op Kleine Beer en loopt enthousiast nog naar de helmen. Ook daar kiest hij een mooi exemplaar.

Kleine Beer snapt er niets van? Hij had graag een gewone nieuwe step, en nu koopt Harde Beer gewoon die hele dure step? En een helm?

Kleine Beer is blij voor Harde Beer, want Kleine Beer wil graag dat Harde Beer gelukkig is. Maar waarom moet Harde Beer weer groter en beter doen dan Kleine beer? En waarom mocht Kleine Beer dan de gewone step niet kopen? Kleine Beer vindt het niet echt eerlijk.

Kleine Beer begrijpt het niet en kijkt vragend naar Harde Beer.

“Ik was al lang op zoek naar een step voor mezelf, Kleine, jouw tijd komt nog wel.”

“Mag ik misschien eens op jouw step rijden, Harde Beer?” vraagt Kleine Beer hoopvol.

“Later, Kleine Beer, later. Laten we nu verder winkelen”.

Kleine Beer kijkt al uit naar het moment dat hij op de step van Harde Beer mag rijden.